Heeft u vragen? U kunt ons ook bellen op tel: 0318-695315

Handboek Funderingsherstel
Deze tekst is gepubliceerd op 23-04-19

5.7 Paalfundering met voorgespannen betonbalken

5.7 Paalfundering met voorgespannen betonbalken
5.7.1 Algemene beschrijving en toepassingsgebied
Bij de in deze paragraaf beschreven methode worden eerst nieuwe funderingspalen buiten het pand aangebracht, namelijk ter plaatse van de aansluiting van de bouwmuren op de voor- en achtergevel. In veel gevallen worden stalen buispalen gebruikt.
Vervolgens worden, voor zover noodzakelijk, de bouwmuren inpandig en beneden de beganegrondvloer aan één of aan beide zijden vrij gemaakt. Deze werkzaamheden geschieden vanuit de kruipruimte. Naast de op te vangen bouwmuur/muren worden betonbalken aangebracht, die de bouwmuur via inkassingen opvangen, zie figuur 5-13. De bouwmuren worden hierdoor “opgesloten” door de betonbalk. Tussen de langsbalken worden soms de benodigde dwarsbalken (koppelbalken) aangebracht.
Naast de normale wapening worden in de betonbalk voorspankabels (hoogwaardig staal) in omhullingbuizen aangebracht. De omhullingbuizen hebben een zekere kromming en zijn voorzien van spankoppen. Na voldoende verharding van de balken worden de kabels gespannen met behulp van spanvijzels, aangebracht op de kopse zijde van de balken.
De bouwmuren worden op deze wijze via de nieuwe betonbalken door de nieuwe funderingspalen gedragen, zie figuur 5-14. De nieuwe funderingspalen worden tijdens het afspannen van de funderingsbalk ook direct op spanning gebracht. Hiermee wordt mogelijke nazetting zoveel mogelijk beperkt / voorkomen. Na het spannen van de kabels worden de omhullingbuizen met grout geïnjecteerd als bescherming tegen corrosie en optimalisering van de krachtsafdracht. De spankoppen worden ook geconserveerd ter bescherming; deze worden in beton gestort dan wel getectyleerd.
Beperkende voorwaarden voor toepassing van de methode zijn:
  • de lengte van de bouwmuren mag niet groter zijn dan circa 10 m;
  • de aanwezige kabels en leidingen in verband met de paallocaties.
5.7.2 Ontwerpberekening
In aanvulling op hoofdstuk 4 geldt het volgende. De specifieke aandachtspunten van voorgespannen beton in combinatie met bestaand metselwerk spelen een belangrijke rol in de ontwerpberekeningen.
5.7.3 Bouwplaatsinrichting
owel aan de voor- als aan de achterzijde van de panden is een vrije ruimte nodig over een breedte van 2,0 m ten behoeve van het aanbrengen van de palen en de gevelbalken. Daarnaast is voldoende ruimte nodig voor de opslag van materieel en materiaal (ongeveer ter grootte van enkele parkeerplekken).
Ten behoeve van de bereikbaarheid van de kruipruimte wordt in de gevel een tijdelijke doorgang gemaakt.
[ link ]

Figuur 5-13 Bovenaanzicht pand met voorspanbalken.

[ link ]

Figuur 5-14 Aanzicht voorspanbalk.

5.7.4 Voor- en nadelen voor de eigenaar
De voordelen van deze methode zijn:
  • het pand blijft in tact zodat de bewoners niet hoeven te verhuizen; zo nodig kan worden voorzien in een tijdelijke toegang tot het pand;
  • er zijn geen extra kosten, zoals voor terugplaatsen stoffering, keuken en sanitair;
  • de nieuwe funderingspalen nemen direct na het spannen van de balken de functie van de oorspronkelijke fundering over. Door het afspannen van de palen vindt nagenoeg geen nazetting plaats;
  • systeem is te combineren met andere funderingsherstel systemen.
Nadelen van deze methode :
  • niet alle panden zijn qua vorm en afmeting geschikt voor deze methode;
  • de methode is doorgaans duurder dan een tafelconstructie (zie 5.3). Vanwege de geringe bijkomende kosten zegt dit evenwel niets over de totale projectkosten;
  • meestal moet het kruipluik naar de kruipruimte verplaatst worden omdat de nieuwe betonbalk in de weg zit;
  • eventuele maatregelen ten behoeve van (in het trottoir) aanwezige kabels en leidingen kunnen leiden tot bijkomende kosten;
  • het verwijderen vervuilde grond, indien aanwezig, werkt kostenverhogend;
  • tuinen dienen nadien over de eerste meters opnieuw ingericht te worden.
5.7.5 Afspraken met de eigenaar
Omdat het pand tijdens de werkzaamheden gewoon in gebruik is moeten, in aanvulling op het gestelde in 3.11, de bewoners tijdig worden ingelicht. Bijvoorbeeld zodra een van de nutsvoorzieningen in verband met omleggen voor een korte periode wordt afgesloten.
5.7.6 Toezicht / inspectie
Mede vanwege de specialistische werkzaamheden moeten toezicht en inspectie op de werkzaamheden goed geborgd zijn. Dit betreft in dit geval voornamelijk de aan te brengen voorspanning. Naast controle via het interne controlesysteem van de aannemer is het aan te bevelen dat het ontwerpende ingenieursbureau de werkzaamheden en de gemeten waarden controleert.
5.7.7 Oplevering
Nadat de aannemer klaar is met de werkzaamheden dient de kruipruimte weer schoon en vlak opgeleverd te worden. Omdat de werkzaamheden geschieden vanuit de kruipruimte zijn er, na het dichtmetselen van de tijdelijke toegang tot de kruipruimte, geen vervolgwerkzaamheden. Ondanks het feit dat de nieuwe paalfundering op spanning is gezet, kan pas na een zekere wachttijd worden begonnen met het herstel van de scheuren en de overige bouwkundige werkzaamheden, zie 4.2.2.